Posted on

Dit gebeurt er in je darmen als je brood eet

Er zijn schattingen dat maar liefst 81% van de bevolking in meer of mindere mate aanleg heeft voor een gevoeligheid of intolerantie voor gluten omdat ze een permanente lichte belasting vormen voor je spijsverteringssysteem. Het gluteneiwit is voor de meeste mensen moeilijk verteerbaar en beschadigt het slijmvlies van de darmen. Wat gebeurt er precies in je darmen als je veel brood eet?

Het gluteneiwit zit in alle granen die tot de grassenfamilie behoren, zoals tarwe, spelt, rogge en gerst. Maar de mate waarin varieert en er zijn ook verschillende soorten gluteneiwitten. Vooral de gliadine-gluten zijn schadelijk (die zitten niet tot nauwelijks in haver, rijst en maïs, maar wel in tarwe en dus brood). Gliadine vergroot de productie van het eiwit zonuline, dat de doorlaatbaarheid van de darm vergroot waardoor stoffen via microscopisch kleine openingen in het lichaam terecht kunnen komen (Drago, 2006 en Catassi, 2013). Iets wat je niet wil omdat het allerlei vage klachten kan veroorzaken van buikpijn tot eczeem en vermoeidheid.

Was dit altijd al zo?

Op een aantal essentiële punten wijkt moderne voeding af van de traditionele voeding van onze voorouders. Hoewel elk oer voedingspatroon anders is door klimatologische en geografische verschillen waarmee onze voorouders te maken hadden, hadden die voedingsgewoonten één ding gemeen: ze waren vrij van granen en zuivel (afgezien van moedermelk gedurende de eerste levensjaren).

Omdat we granen nog maar enkele duizenden jaren eten, worden ze als een modern ‘westers’ voedingsmiddel beschouwd. Over de gluten in deze granen bestaat veel discussie. Het lijkt er sterk dat de hoeveelheid mensen met overgevoeligheid voor gluten, behalve dat het probleem recentelijk meer aandacht krijgt, de afgelopen decennia
ook werkelijk groter is geworden. Het is lastig om hier onderzoek naar te doen, aangezien het ‘vroeger’ met het nu moet worden vergeleken en dit de nodige problemen met zich meebrengt. Toch is één bijzonder onderzoek door Rubio-Tapia, gepubliceerd in 2009, hier heel goed in geslaagd.

In deze studie zijn goed bewaarde bloedmonsters uit 1950 van duizenden luchtmacht rekruten onderzocht op de aanwezigheid van antistoffen tegen gluten. Deze data zijn vergeleken met die van een groep mensen die in 2009 even oud waren als de genoemde rekruten in 1950. Uit dit onderzoek is geconcludeerd dat de hoeveelheid mensen met
coeliakie (dus de meest heftige vorm van glutenintolerantie) de afgelopen vijftig tot zestig jaar met meer dan een factor vier is toegenomen. Ook is het opvallend dat glutenintolerantie veel minder voorkomt op plaatsen waar minder gluten worden gegeten [Catassi, 2015]. Het grootste gedeelte van de mensen, ook degenen zonder coeliakie, krijgt een
lichamelijke reactie na het eten van glutenhoudende granen. Door de complexe structuur zijn gluten resistent voor volledige afbraak door spijsverteringsenzymen, waardoor ze door het immuunsysteem opgepikt kunnen worden. Klachten hoeven overigens niet per se in de darmen zelf tot uiting te komen. Omdat gluten een direct effect uitoefenen
op de barrièrefunctie van de epitheelcellen, kunnen zij eraan bijdragen dat pathogenen of onverteerde voedseldeeltjes gemakkelijk het lichaam binnenkomen.

Effect van gluten op het immuunsysteem

Daarnaast hebben glutenhoudende granen op diverse wijzen een direct effect op het immuunsysteem. Zo kunnen gluten eraan bijdragen dat immuuncellen ‘sneller rijpen’ en hierdoor verhoogd reactief worden. Dit verhoogt het risico op negatieve immuunreacties op gluten en andere antigenen (denk aan pollen, of voedselallergieën) [Nikulina et al. 1925-33]. Daarnaast leiden glutenhoudende granen ook tot een directe immuunrespons en tot het vrijkomen van ontstekingsstoffen. Bij het onderzoek waarin dit werd vastgesteld werd geen verschil gezien tussen cellen van mensen met en zonder coeliakie [Junker et al. 2012].

Glutenhoudende granen zijn sterk ingeweven in het moderne voedingspatroon. Ze zijn goedkoop, veelzijdig en kunnen vele monden voeden. De vraag is echter of we er ook werkelijk gezonder van worden. Omdat het grootste gedeelte van de westerse ziektes een ontstekingsoorsprong heeft, kan het vervangen van deze ontstekingsbevorderende granen een belangrijke eerste stap zijn naar verbetering van veelvoorkomende klachten.

Granen en voedingsmiddelen die gluten bevatten:

  • tarwe, gerst, rogge, spelt;
  • couscous, bulgur, griesmeel;
  • pasta’s als spaghetti en macaroni, brood, pizza’s en andere deegwaren;
  • muesli, paneermeel, bloem;
  • sauzen op basis van poeder, dranken van graan zoals bier, ontbijtdranken.

Voedingsmiddelen die altijd glutenvrij zijn:

  • boekweit, quinoa, gierst, amarant, tapiocameel, rijst, teff, mais, sorghum;
  • haver (maar let hierbij op, want hoewel haver van nature glutenvrij is, is het vaak
  • besmet met gluten doordat het in aanraking komt met glutenhoudende granen).
  • alle groente- en fruitsoorten;
  • alle noten, zaden, pitten en peulvruchten;
  • alle soorten vlees, vis, en eieren.

Waarom is brood zo verslavend?

Dit komt omdat er glutenine in zit, een eiwitcomponent dat zich bindt zich aan de leptinereceptoren, de receptoren van het hormoon dat onze verzadiging regelt. Hierdoor zijn we minder snel verzadigd en blijven we eten. Mensen die besluiten om te stoppen met brood eten zullen merken dat ze in eerste instantie te maken krijgen met extreme vermoeidheid, sufheid, prikkelbaarheid, somberheid en soms ook depressiviteit. Zodra deze ‘afkickverschijnselen’ zijn uitgewerkt krijgen ze vaak een beter humeur, minder stemmingswisselingen, een beter concentratievermogen en een diepere slaap. De verslavende werking van glutenine is de reden dat we onszelf vaak echte ‘broodeters’ noemen en doorlopend zin hebben in brood (Gupta et al., 1994).

Wil je jouw broodverslaving de baas worden, dan kun je het beste weinig of geen brood meer te eten en in plaats daarvan glutenvrije alternatieven te kiezen, zoals rijstcrackers, boekweitpannenkoeken, brood op basis van glutenvrije granen en/of zaden en noten (zoals boekweitmeel, amandelmeel, zonnebloempitten), quinoa, amarant, granenvrije ontbijtgranen, havermoutpap, chiazaad en hennepzaad.

Minder darmklachten en meer energie

Eet je veel brood en heb je ook regelmatig darmklachten? Kijk dan eens naar het Darmen Helen Programma. In 28 dagen werk je naar een optimale darmgezondheid, en daarmee je algehele gezondheid, energie en vitaliteit!
Het menuplan in dit programma is zo opgesteld dat er geen granen in worden gebruikt die gluten bevatten. Je hoeft hier bij het volgen van onze recepten dus geen rekening mee te houden, want dat hebben wij alvast voor je gedaan. Ga je minder brood eten? Dan kun je daarnaast ook een supplement kiezen die je ondersteunt bij het helen van je darmwand en een optimale darmgezondheid, zoals Glorious Gut van Superfoodies.

Referenties:

  • Gupta, R. B., et al. “Allelic variation in glutenin subunit and gliadin loci, Glu-1, Glu-3 and Gli-1, of common wheats. I. Its addictive and interaction effects on dough properties.” Journal of Cereal Science (1994) 19: 9-17.
  • Drago, S. Et al., Gliadin, zonulin and gut permeability: Effects on celiac and non-celiac intestinal mucosa and intestinal cell lines, Scandinavian Journal of Gastroenterology, 2006 Apr;41(4):408-19
  • Rubio-Tapia, A., et al., Increased prevalence and mortality in undiagnosed celiac disease. Gastroenterology, 2009. 137(1): p. 88-93.
  • Catassi, C., S. Gatti, and E. Lionetti, World Perspective and Celiac Disease Epidemiology. Digestive Diseases, 2015. 33(2): p. 141-146.
  • Catassi, C., et al., Non-Celiac Gluten Sensitivity: The New Frontier of Gluten Related Disorders.Nutrients, 2013. 5(10): p. 3839-3853.
  • Nikulina, M., et al., Wheat gluten causes dendritic cell maturation and chemokine secretion. J Immunol,173(3): p. 1925-33.
  • Junker, Y., et al., Wheat amylase trypsin inhibitors drive intestinal inflammation via activation of toll-likereceptor 4. The Journal of Experimental Medicine, 2012. 209(13): p. 2395-2408.
Posted on

Vergelijk je ontlasting met deze afbeelding om te zien of je darmen gezond zijn

We hebben gezonde ontlasting als ons spijsverteringsstelsel optimaal functioneert en als we daarnaast voldoende bewegen en ook vooral of we gezond eten. Ook onze hormonale balans, darmwerking en darmflora zijn van invloed op de ontlasting. Maar wat is gezond? En hoe herken je dit? Dat is heel gemakkelijk te zien als je jouw ontlasting vergelijkt met de Bristol Stoelgangschaal.

DE BRISTOL STOELGANGSCHAAL

Er is een medisch hulpmiddel ontworpen om de vorm van menselijke ontlasting te herkennen en verdelen in categorieën. In Engeland wordt deze schaal ook wel de ‘Meyers Scale’ genoemd en bij ons (en wereldwijd) ook wel bekend als de Bristol Stoelgangschaal. Deze schaal is ontwikkeld aan de Universiteit van Bristol.
Er zijn zeven categorieën:

  • Type 1: Losse harde keutels, die lijken op noten en moeilijk zijn uit te scheiden.
  • Type 2: Als een worst, maar niet glad en eerder klonterig
  • Type 3: Als een worst, maar met barstjes en gleuven aan de buitenkant
  • Type 4: Als een worst of slang, glad en zacht
  • Type 5: Zachte keutels met ‘hoekige’ randen en makkelijk uit te scheiden
  • Type 6: Zachte stukjes met een gehavende buitenkant, een papperige uitscheiding
  • Type 7: Waterig en vloeibaar, geen vaste stukjes

Ideaal zijn type 3 en 4, maar nummer 4 is de absolute winnaar. Dit is de meest gezonde vorm van ontlasting: zacht en glad in de vorm van een worst of slangetje. Bij type 1 en 2 wordt gesproken over constipatie en bij type 6-7 over diarree. Type 1 heeft het langst in de darmen gezeten en deze vorm van ontlasting komt het meest voor bij mensen met een ongezonde levensstijl. Type 7 heeft het kortst in

Gezonde of ongezonde ontlasting

Je ontlasting is gezond wanneer je dagelijks één of twee keer poept en als het niet heel penetrant stinkt. Je hoeft er niet veel moeite voor te doen om de ontlasting kwijt te raken en hoeft nauwelijks af te vegen. Het bestaat uit één gladde S-vorm (door je darm) en het is medium tot lichtbruin van kleur.

Je ontlasting is niet hoe het zou moeten zijn wanneer het er moeilijk uitkomt, je erg hard moet persen en dat pijn doet. Ook losse stukken, waterig of papperige ontlasting is niet zoals het hoort. Dus ook als het blijft plakken in de pot. Wanneer je onverteerde voedselresten ziet of het een afwijkende kleur heeft zoals geel, zwart, grijs of geel is het ook niet goed. Veel slijm in de ontlasting wil je ook niet zien.

Afwijkende ontlasting is een signaal van het lichaam dat je darmen aandacht nodig hebben. Wellicht door andere voeding, leefstijl keuzes of de juiste supplementen (bijvoorbeeld Glorious Gut van Superfoodies). Wil je daar meer over weten? Via het Darmen Helen Programma werk je in 28 dagen toe naar een optimale darmgezondheid.
Wat zeggen die afwijkingen over je gezondheid?

1. Zeer penetrante geur

Oké, ontlasting ruikt nooit fijn, maar wanneer je ontlasting extreem penetrant of anders ruikt kan dat te maken hebben met verschillende gezondheidsklachten zoals een allergie voor gluten (coeliakie) of een intolerantie voor gluten of zuivel, de ziekte van Crohn of malabsorptie (een aandoening aan de dunne darm). Maar ook cystische fibrose (ook wel taaislijmziekte waarbij het lichaam dik slijm produceert) of chronische pancreatitis.

2. Hard of juist zacht

Vezels werken als lijm en kunnen de ontlasting omvangrijk(er) maken. Door vezels blijft de ontlasting wel aan elkaar in plaats van in stukken. Wanneer je ontlasting juist erg zacht is of je zelfs regelmatig diarree hebt kan dit komen door een lactose intolerantie, ook kan het een reactie zijn op te veel kunstmatige zoetstoffen of een reactie op fructose of gluten. Uit wetenschappelijk onderzoek (Lewis SJ, Heaton KW, 1997) bleek dat de vorm van de ontlasting afhangt van de tijd dat die in de darmen is geweest. Gemiddeld doet het lichaam er tussen de achttien en tweeënzeventig uur over om voedsel te verteren en om te zetten naar ontlasting en het lichaam weer te verlaten. Wanneer dit sneller gaat is het resultaat diarree. Het lichaam heeft dan namelijk geen tijd om al het water te absorberen. Wanneer het juist langzamer gaat kan het zijn dat je last van constipatie hebt. Er is dan te veel water geabsorbeerd waardoor de ontlasting droog en hard is geworden. Het is niet de bedoeling dat je hard moet persen en ook krampen of een opgeblazen gevoel zijn niet zoals het hoort. Door constipatie hoef je minder frequent naar het toilet. Boven de vijfenzestig jaar neemt de kans op constipatie aanzienlijk toe. Vermijd laxerende middelen en zie dat alleen als allerlaatste redmiddel en gebruik het dan zo kort mogelijk. Probeer het eerst door stress weg te nemen (wanneer dat mogelijk is), meer groente en fruit te eten, meer water te drinken en meer te bewegen.

Er zijn verschillende oorzaken van diarree waaronder voedselallergie of intoleranties, een bacteriële of virale infectie, emotionele stress, medicatie, een te snel werkende schildklier, de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa, coeliakie of prikkelbare darm syndroom. De oorzaken van constipatie zijn bijvoorbeeld een verandering in je voedingspatroon (minder groente en fruit), emotionele stress, te weinig drinken, ijzersupplementen, medicijnen zoals pijnstillers, antidepressiva of te veel laxeermiddelen gebruikt hebben. Ook door te weinig beweging, de ‘drang’ naar de wc te moeten negeren, zwangerschap of hormonale disbalans, prikkelbare darm syndroom, diabetes of een te langzaam werkende schildklier.

3. Afwijkende kleur

Heel donkerbruine, zwart of rode ontlasting kan mogelijk komen door een bloeding in het maagdarmkanaal. Het is aan te raden om bij de huisarts voor de zekerheid even te checken of er niets aan de hand is. Zwarte ontlasting kan ook voorkomen bij obstipatie of komen door het gebruik van bepaalde medicatie (zoals ijzertabletten) of te veel drop eten.

Wit of grijs kan wijzen op een tekort aan gal (gal geeft de kleur aan je ontlasting) en dat kan mogelijk komen door hepatitis, problemen met de alvleesklier (als de spijsverteringsenzymen vanuit de alvleesklier niet goed worden afgegeven bijvoorbeeld), cirrose (een onomkeerbaar proces van omzetting van levercellen naar littekenweefsel) of een geblokkeerde galgang. Ook kan het gisting in de darm zijn of komen door het eten van te veel vette voeding.

Geel kan duiden op een verstopping van de galbuis (door een steentje of een ontsteking van de galblaas of lever). Een giardia infectie (parasiet). Het is goed om dit te laten checken bij een huisarts. Ook te veel alcohol consumeren kan de ontlasting een gele kleur geven.

4. Slijm in de ontlasting

Een beetje slijm in de ontlasting is geen probleem. Wanneer je veel slijm in je ontlasting ziet kan dit komen door veel consumeren van suiker, zuivelproducten of witmeelproducten. Ook kan het wijzen op prikkelbare darmsyndroom of een darmziekte als Crohn of colitis ulcerosa. Het kan ook een ontsteking zijn. Ga zeker langs de huisarts wanneer veel slijm gepaard gaat met bloed en buikpijn.

5. Plakkerige ontlasting

Als er vetten in je ontlasting zitten kan het bijvoorbeeld aan de pot gaan plakken. Het is niet de bedoeling dat er vetten in de ontlasting zitten want, als het goed is, worden deze opgenomen door de darmen. Wanneer er wel vetten in de ontlasting zitten kan dat komen door een beschadigde darm door een voedsel- of glutenallergie of door een tekort aan galzuur of verminderde werking van de alvleesklier.

Een signaal van het lichaam

Hoe je ontlasting er in een bepaalde periode gemiddeld uitziet, geeft je dus belangrijke informatie over je gezondheid. Je kunt herkennen wanneer het misschien tijd is om gezonder te gaan eten of leven en meer te bewegen. Of wanneer je (darm)gezondheid op een andere manier aandacht nodig heeft. Om deze reden is een plateau-wc of vlakspoeler handiger, wanneer de ontlasting niet meteen in het water plonst, maar op het plateau ligt kun je sneller afwijkingen herkennen. Dat artsen hierdoor sneller ernstige ziektes als darmkanker herkennen is ook aangetoond. In 1992 bleek uit onderzoek onder 1090 mensen (Byles JE, Sanson-Fisher RW) dat maar 56% regelmatig hun ontlasting en het toiletpapier checkt, bijvoorbeeld voor bloed. Wanneer je dit wel regelmatig doet kun je darmkanker in een vroeg stadium herkennen, aldus dit onderzoek. Uiteraard is het niet altijd darmkanker wanneer je bloed in je ontlasting hebt, het kan ook een wondje zijn of aambeien, het is echter wel goed om ernstige zaken voor te zijn door regelmatig te checken. Aan de andere kant helpt het ‘herkennen’ om je niet onnodig snel zorgen te maken.

Je ontlasting (en gezondheid) verbeteren

Je kunt je ontlasting en (darm)gezondheid absoluut verbeteren. Je kunt klachten voorkomen of verbeteren door je levensstijl en voedingspatroon aan te passen. Beweeg dagelijks voldoende en zorg dat je voedingspatroon genoeg vezels uit verse groente en fruit bevat (niet uit granen). Probeer glutenhoudende granen als tarwe te vermijden omdat ze de darmwand kunnen beschadigen en een negatieve uitwerking hebben op het spijsverteringssysteem. Evenals kunstmatige zoetstoffen, te veel suikers, MSG, te veel cafeïne en fabrieksmatig bewerkte voedingsmiddelen.

Je kunt je vezelinname eventueel verhogen door lijnzaad of psylliumvezels. Drink voldoende water en zoek manieren om emotionele stress te ontladen of kwijt te raken (erover praten, EFT, yoga, meditatie, mindfulness). Soms is het nodig, maar antibiotica heeft een ongunstig effect op de darmflora (slik eventueel probiotica erbij, dit kun je ook doen wanneer je geen antibiotica gebruikt, maar wel het vermoeden hebt dat je niet voldoende gezonde bacteriën uit je voeding haalt. Of kies voor Glorious Gut van Superfoodies met pre- en probiotica en nog vele andere ingredienten voor een optimale darmgezondheid). Verder kun je nog gefermenteerde voeding toevoegen aan je voedingspatroon zoals kefir of zuurkool.

Wetenschappelijk onderzoek (Sikirov, 1987) heeft aangetoond dat boven de toiletpot hangen in ‘hurk stand’ een positief effect heeft op de darmbeweging (in vergelijking met gewoon zitten op de pot). Het stimuleert het volledig legen van de darm en voorkomt en vermindert constipatie en aambeien. Je kunt ook je voeten op een klein krukje zetten als je op het toilet zit.

Dus kijk vanaf nu eens goed achterom na een toiletbezoek en kom meer te weten over je interne gezondheid. Zoals gezegd kun je met gezonde voeding en voldoende bewegen al een grote stap maken richting gezonde ontlasting. Wij kunnen je daar ook bij helpen. Via het Darmen Helen Programma werk je in 28 dagen toe naar een optimale darmgezondheid.

Referenties
– Lewis SJ, Heaton KW. Stool form scale as a useful guide to intestinal transit time. Scand. J. Gastroenterol. 32(9):920-4.
– Floch MH, Netter’s Gastroenterology. 2nd ed. Philadelphia, Pa: Saunders Elsevier; 2010.
– Sikirov, Management of Hemorrhoids: A New Approach, Israel Journal of Medical Sciences, 1987: 23, 284-286.
– Meurs-Szojda, VU Medisch Centrum, 2009.
– Vrieze, Academisch Medisch Centrum, 2013.
– Byles JE, Sanson-Fisher RW et al. Early detection of colorectal cancer: a profile of current practise. Cancer Detect Prev. 1992;16(4):245-52.

Posted on

LEKKENDE DARM SYNDROOM HERSTELLEN: VOOR MEER ENERGIE EN VITALITEIT

Spijsverteringsstoornissen behoren tot de meest voorkomende aandoeningen in Westerse landen. Een spijsverteringsprobleem waar je steeds meer over hoort is Lekkende Darm Syndroom, vaak ook aangeduid als LDS of ‘lekkende darm’. Deze aandoening, waarbij onverteerde voedselresten en toxische stoffen door microscopisch kleine openingen in de darmen ‘weglekken’ en in andere delen van het lichaam schade kunnen veroorzaken, leidt tot allerlei vervelende klachten. Je kunt dit zelf helen en wij kunnen je daarbij helpen!

WAT IS EEN LEKKENDE DARM?

De darmwand is normaal gesproken heel goed in staat onderscheid te maken tussen gewenste en ongewenste stoffen die al dan niet het lichaam binnen mogen komen. Bij gezonde darmen is de darmwand dus als het ware een barrière. Als de doorlaatbaarheid van de darmen is verhoogd spreken we van een lekkende darm.

Lekkende Darm Syndroom is een aandoening waarbij de natuurlijke barrière van de darmwand niet goed werkt. Een lekkende darm is het gevolg van een verhoogde doorlaatbaarheid van de darmwand, waardoor allerlei schadelijke stoffen, zoals onverteerde voedselresten en toxische stoffen, via microscopisch kleine openingen door de darmwand het lichaam binnen kunnen dringen. Die schadelijke stoffen komen vervolgens in je bloedbaan terecht, waarna ze zich door het hele lichaam kunnen verspreiden en voor een reactie van het immuunsysteem in het lichaam zorgen, waardoor je allerlei klachten kunt krijgen variërend van vermoeidheid tot huidproblemen, allergieën en depressie. Daarnaast zullen bij een lekkende darm gezonde voedingsstoffen minder goed door het lichaam worden opgenomen, wat je ook invloed heeft op je gezondheid (Mu et al., 2017[1]; Bischoff et al., 2014[2]).

WAARDOOR WORDT EEN LEKKENDE DARM VEROORZAAKT?

Een lekkende darm ontstaat meestal wanneer je darmflora uit balans is. In je darmen bevinden zich veel ‘goede’ maar ook ‘slechte’ bacteriën. Meestal worden de ‘slechte’ bacteriën perfect door de ‘goede’ in toom gehouden, zodat ze zich niet te veel kunnen vermenigvuldigen. In dit geval is je darmflora in balans. Echter, er zijn aantal oorzaken die ertoe kunnen bijdragen dat de ‘slechte’ bacteriën de overhand krijgen en zich snel kunnen ontwikkelen (o.a. Vazquez–Roque et al., 2013[3]; Michielan et al., 2015[4]):

  • Gebruik van antibiotica of andere specifieke geneesmiddelen
  • Een disbalans in de hormonen
  • Een te grote consumptie van koolhydraat- en suikerrijke voeding
  • (Niet onderkende) voedselintoleranties en -allergieën, waaronder gluten intolerantie
  • De ‘slechte’ bacteriën of de ‘schadelijke’ voedingsstoffen die je eet (zoals gluten en lactose, wanneer je deze niet kunt verteren) kunnen vervolgens een verhoogde doorlaatbaarheid van je darmwand veroorzaken waardoor een lekkende darm ontstaat. Door artsen wordt dit ook wel verhoogde darmpermeabiliteit genoemd (Tetz et al., 2016[5])

WAT ZIJN DE GEVOLGEN VAN EEN LEKKENDE DARM?

Zodra er via de darmwand ongewenste stoffen in je bloedbaan komen en zich door het hele lichaam verspreiden wordt het immuunsysteem geactiveerd. Dit kost het lichaam heel veel energie, en als je darmen langdurig ongewenste stoffen doorlaten wordt het immuunsysteem hierdoor verzwakt en je weerstand verlaagd. Ook zorgt een overactief immuunsysteem voor laaggradige ontstekingen en deze kunnen zorgen voor allerlei klachten en zelfs ziekten. Mensen met een lekkende darm hebben bovendien een verhoogd risico op auto-immuunziekten, doordat het immuunsysteem verward raakt (Fasano, 2011[6]).

Als je last hebt van een of meer van de volgende klachten zou het heel goed kunnen zijn dat je een lekkende darm hebt (Bischoff et al., 2014[7]):

  • Algehele vermoeidheid
  • ’s ochtends niet uit bed kunnen komen
  • Na een (lange) nachtrust nog steeds moe zijn
  • Snakken naar koffie (cafeïne nodig hebben)
  • Trek in zoute voeding
  • Trek in suikers, brood, pasta en andere koolhydraten
  • Verzwakt immuunsysteem (niet kunnen herstellen van een griepje)
  • Allergieën
  • Spierzwakte
  • Depressie
  • Huidproblemen
  • Auto-immuunziekten
  • Laag libido
  • Niet goed kunnen omgaan met stress
  • Geheugenverlies
  • Lage bloeddruk
  • Weinig energie

Lekkende Darm Syndroom wordt door veel natuurgeneeskundigen, orthomoleculair therapeuten en andere alternatieve geneeskundigen als aandoening erkend, maar de meeste reguliere artsen beschouwen een lekkende darm niet als een op zichzelf staande ziekte omdat zij menen dat er onvoldoende wetenschappelijk bewijs voor is en mensen met een lekkende darm bijna altijd ook last hebben van andere spijsverteringsproblemen, zoals bacteriële wildgroei en schimmelinfecties. Er is naar onze mening echter wel veel wetenschappelijk bewijs voor, de wetenschappelijke website PubMed geeft meer dan 12.000 zoekresultaten voor intestinal permeability. Een lekkende darm staat in verband met veel andere ziekten, zoals astma, diabetes, psoriasis, depressie, blaasinfecties, de auto-immuunziekte zoals Lupus, sclerodermie, interne colitis, reumatische artritis, multiple sclerose, chronisch vermoeidheidsyndroom en de Ziekte van Crohn, het is dus belangrijk niet met een lekkende darm te blijven rondlopen.

HERSTELLENDE KRUIDEN EN VOEDINGSSTOFFEN VOOR DE DARMWAND

Als je het vermoeden hebt dat je een lekkende darm hebt doe je er goed aan je levensstijl en voedingspatroon aan te passen. Een disbalans in de darmflora is een van de belangrijkste oorzaken van een lekkende darm, probeer daarom zo min mogelijk suikers en snelle koolhydraten (brood, pasta, koek, crackers) te eten. Daarnaast doe je er goed aan regelmatig te bewegen (minimaal 30 minuten per dag matig tot intensief), want daarmee reguleer je de hormoonspiegel. In ons Darmen Helen programma gaan we hier veel dieper op in en helpen we je erbij. Ook kun je het herstel van je lekkende darm stimuleren met de volgende 12 kruiden, vitamines en voedingsstoffen die wij bij elkaar in het voedingssupplement Glorious Gut stopten:

  • L-glutamine

Dit is een niet-essentieel aminozuur dat al onze spieren in het lichaam nodig hebben om goed te kunnen functioneren, te herstellen en te groeien. Daarnaast is het een van de belangrijkste bouwstenen voor de vorming van de eiwitten die alle cellen in het lichaam gezond houden en weefsels (waaronder het darmweefsel) helpen herstellen. Ook is het bekend dat l-glutamine een gezonde darmflora bevordert (Rapin et al., 2010[8]). Ons lichaam kan zelf in kleine mate l-glutamine aanmaken, maar de meeste l-glutamine die ons lichaam nodig heeft krijgen we binnen via onze voeding. Vlees en vis zijn van nature rijk aan L-glutamine, en ook groenten en peulvruchten bevatten een kleine hoeveelheid van dit aminozuur.

  • Curcumine

Curcumine is de werkzame stof in kurkuma (geelwortel), een specerij die veel in de Aziatische keuken wordt gebruikt. Aan de hand van diverse onderzoeken is vastgesteld dat curcumine een zeer hoge antioxidantwaarde heeft en daardoor het immuunsysteem versterkt en preventief kan werken tegen allerlei ziekten en aandoeningen, waaronder lekkende darm (Rapin et al., 2010, Motawi et al., 2012[9]), hart- en vaatziekten, diabetes type-2, overgewicht en mogelijk zelfs kanker. Daarnaast werkt curcumine pijnstillend en kalmerend, bevordert het een gezonde spijsvertering en geeft het energie.

  • Probiotica

Probiotica zijn voedingsstoffen die verschillende gezonde micro-organismen bevatten (de zogenaamde ‘goede’ bacteriën) die een gezondheid bevorderend effect hebben op de darmflora en het spijsverteringsstelsel, en daarmee bijdragen aan het voorkomen en herstellen van een lekkende darm (Rapin et al., 2010; Horvath et al., 2016[10]). Probiotica worden vaak gemaakt van melkzuurbacteriën afkomstig van koemelk, maar kunnen ook gemaakt worden van plantaardige gisten. Voorbeelden van probioticaculturen die zeer effectief werken bij een lekkende darm zijn: B. Bifidium , B. Longum , B. Lactic + L. Brevis, L. Casei, L. Acidophilus, L. plantarum

  • Prebiotica

Prebiotica zijn niet-verteerbare voedingsstoffen die de groei en/of activiteit van ‘goede’ bacteriën in de darmen stimuleren en daarmee de lekkende darm kunnen helpen herstellen (Rapin et al., 2010). Ze bevatten in tegenstelling tot probiotica dus zelf geen ‘goede’ bacteriën, maar bevorderen een goede omgeving waarin ‘goede’ bacteriën optimaal kunnen groeien. De meeste prebiotica zijn complexe koolhydraten, zoals oligosachariden en voedingsvezels.

  • MSM

Methylsulfonylmethaan, beter bekend als MSM, is een organische zwavelverbinding die van nature voorkomt in vers, rauw voedsel dat in de regenkringloop groeit. MSM levert zwavel in een voor het lichaam gemakkelijk bruikbare vorm. Zwavel wordt in iedere lichaamscel aangetroffen en is onder meer nodig voor de aanmaak van keratine, een eiwit dat belangrijk is voor de conditie van huid, haar en nagels. Zwavel is een stof die daarnaast bij veel (basale) functies in ons lichaam betrokken is; het is onder meer een onderdeel van aminozuren en eiwitten, de bouwstenen van ons lichaam. Daarnaast is zwavel een belangrijke bouwstof voor het zenuwweefsel, voor de spieren en voor de haren, huid en nagels.

Ook voorziet MSM het lichaam van methyl, en ondersteunt daarmee de methyleringsprocessen in het lichaam. Specifieke voordelen van MSM voor de darmen zijn dat het weefsels beter doorlaatbaar maakt zodat voedingsstoffen beter worden opgenomen en toxische stoffen beter kunnen worden afgevoerd, dat het helpt ontstekingen te voorkomen doordat het vreemde eiwitten zoals allergenen, toxische stoffen en onverteerd voedsel neutraliseert, en dat het de dikke darmfunctie ondersteunt doordat het een beschermende laag aanbrengt, waardoor parasieten (zoals bijvoorbeeld poliepen) en ‘slechte’ bacteriën worden gedood (Al Bitar et al., 2013[11]).

  • Rode iep 

Rode iep poeder wordt gemaakt van de binnenkant van de bast van de rode iep (slippery elm), die nogal slijmerig is. Van oudsher wordt rode iep aanbevolen bij onder meer keelproblemen, indigestie, maagzweren en spijsverteringsirritaties. Daarnaast werkt rode iep ontstekingsremmend voor de darmen (Kim et al., 2012[12]).

  • Quercetine

Deze stof behoort tot de flavonoïden en komt van nature voor in rode wijn, appels, uien, groene thee, grapefruit, zwarte thee, bladgroenten en bonen. Quercetine is een natuurlijke antioxidant die lichaamscellen beschermt tegen beschadiging door vrije radicalen. Daarnaast heeft de stof een ontstekingsremmende en helende werking, en draagt op deze manier dus bij aan het herstel van een lekkende darm (Dodda et al., 2014[13]).

  • Zoethoutwortel 

Dit type wortel, dat van oorsprong voorkomt in Europa, het Midden-Oosten en Noord-Afrika, bevat de stof glycyrrhiza, dat een lichte glucocorticoïde-achtige werking heeft en mogelijk synergistisch werkt met cortisol. Binnen de traditionele Chinese geneeskunde wordt zoethoutwortel meestal voorgeschreven aan mensen met een te laag cortisolgehalte, wat bijvoorbeeld het geval is bij bijnieruitputting. Daarnaast is van zoethoutwortelextract bekend dat het de slijmvliezen van het maag-darmkanaal herstelt en dus bijdraagt aan de genezing van een lekkende darm (Szweda et al., 2014[14]).

  • Glucosamine

Deze stof komt van nature voor in het darmslijmvlies en kan als supplement bijdragen aan het herstel van de darmwand. Vooral ter behandeling van de ziekte van Crohn zijn goede resultaten behaald met glucosamine, maar ook ter ondersteuning van het herstel van een lekkende darm is glucosamine onontbeerlijk (Bak et al., 2014[15]).

  • Zink 

Het mineraal zink draagt bij aan een normale hersenfunctie, zuur-base balans, vruchtbaarheid en vitamine A stofwisseling. Zink, als supplement meestal verkrijgbaar in de voor het menselijk lichaam beter opneembare vorm zink-L-monomethionine, wordt vaak aanbevolen bij maagklachten. Daarnaast bevordert het de wondheling (onder meer van de darmen) en wordt het door het lichaam gebruikt voor de aanmaak van testosteron, wat kan bijdragen aan de regulering van de hormoonspiegel. Zink is dus breed inzetbaar bij de behandeling van lekkende darm, aangezien hierbij vaak sprake is van zowel een beschadigde darmwand als een disbalans in de hormonen (Musa et al., 2015[16]; Tran et al, 2015[17]).

  • Ginkgo Biloba extract

Dit extract wordt gemaakt van de bladeren en soms uit de zaden van de Ginkgo biloba boom en wordt binnen de traditionele Chinese geneeskunde al vele duizenden jaren gebruikt. Ginkgo Biloba wordt vaak aanbevolen ter verbetering van de bloedsomloop in de hersenen en de rest van het lichaam, en ter behandeling van ontstekingen. Ook werkt Ginkgo Biloba als een antioxidant om celbeschadiging tegen te gaan, wat bijdraagt aan het herstel van een lekkende darm (Motawi et al., 2012[18]).

  • Bètacaroteen

Deze stof, die ook wel provitamine A wordt genoemd, wordt in het lichaam omgezet in vitamine A en zorgt net als vitamine A voor een goede weerstand. Daarnaast is bètacaroteen belangrijk voor het gezichtsvermogen, gezonde botten, tanden, huid en voor de groei. Ook heeft bètacaroteen mogelijk antioxidatieve eigenschappen. De darmen hebben van nature een beperkt vermogen om op een goede manier bètacaroteen te absorberen, en die absorptie gaat nog sterker achteruit bij een lekkende darm, vandaar dat deze stof belangrijk is ter ondersteuning van het herstel van de lekkende darm. Daarnaast bevordert bètacaroteen het herstel van het darmslijmvlies (Nishida et al., 2014 [19]).

Alles op een gemakkelijke manier binnenkrijgen

Het zou een flinke opgave zijn om aan al deze 12 verschillende kruiden te komen en ze ook nog in de juiste hoeveelheden in te nemen. Gelukkig is er Glorious Gut van Superfoodies, waar al deze kruiden inzitten, in de juiste balans. Glorious Gut is heel eenvoudig in te nemen, je roert gewoon 3 maal daags 30 minuten vóór de maaltijd 1 theelepel door een glaasje (bron)water en drinkt het vervolgens meteen op. Voor optimaal resultaat kun je dit supplement het beste combineren met een voedingspatroon gericht op herstellen van lekkende darm. Kun je daar hulp bij gebruiken? Dan is ons Darmen Helen programma misschien wel wat voor jou. Dit is een 28-daags traject voor optimale darmgezondheid waarin je o.a. alle informatie krijgt hoe je een lekkende darm kunt helen én voorkomen.  

Referenties

[1] Mu, Qinghui, Jay Kirby, Christopher M. Reilly, and Xin M. Luo. “Leaky gut as a danger signal for autoimmune diseases.” Frontiers in Immunology 8 (2017).
[2] Bischoff, Stephan C., Giovanni Barbara, Wim Buurman, Theo Ockhuizen, Jörg-Dieter Schulzke, Matteo Serino, Herbert Tilg, Alastair Watson, and Jerry Wells. “Intestinal permeability–a new target for disease prevention and therapy.” BMC gastroenterology 14 (2014).
[3] Vazquez–Roque, Maria I., Michael Camilleri, Thomas Smyrk, Joseph A. Murray, Eric Marietta, Jessica O’Neill, Paula Carlson et al. “A controlled trial of gluten-free diet in patients with irritable bowel syndrome-diarrhea: effects on bowel frequency and intestinal function.” Gastroenterology 144, no. 5 (2013): 903-911.
[4] Michielan, Andrea, and Renata D’Incà. “Intestinal permeability in inflammatory bowel disease: pathogenesis, clinical evaluation, and therapy of leaky gut.” Mediators of inflammation 2015 (2015).
[5] Tetz, George, and Victor Tetz. “Bacteriophage infections of microbiota can lead to leaky gut in an experimental rodent model.” Gut pathogens 8, no. 1 (2016): 33.
[6] Fasano, Alessio. “Zonulin and its regulation of intestinal barrier function: the biological door to inflammation, autoimmunity, and cancer.” Physiological reviews 91, no. 1 (2011): 151-175.
[7] Bischoff, Stephan C., Giovanni Barbara, Wim Buurman, Theo Ockhuizen, Jörg-Dieter Schulzke, Matteo Serino, Herbert Tilg, Alastair Watson, and Jerry Wells. “Intestinal permeability–a new target for disease prevention and therapy.” BMC gastroenterology 14 (2014).
[8] Rapin, Jean Robert, and Nicolas Wiernsperger. “Possible links between intestinal permeablity and food processing: a potential therapeutic niche for glutamine.” Clinics 65, no. 6 (2010): 635-643.
[9] Motawi, Tarek Kamal, Sherine Maher Rizk, and Ahmed Hassan Shehata. “Effects of curcumin and Ginkgo biloba on matrix metalloproteinases gene expression and other biomarkers of inflammatory bowel disease.” Journal of physiology and biochemistry 68, no. 4 (2012): 529-539.
[10] Horvath, A., B. Leber, B. Schmerboeck, M. Tawdrous, G. Zettel, A. Hartl, T. Madl et al. “Randomised clinical trial: the effects of a multispecies probiotic vs. placebo on innate immune function, bacterial translocation and gut permeability in patients with cirrhosis.” Alimentary pharmacology & therapeutics 44, no. 9 (2016): 926-935.
[11] Al Bitar, Valantina, and Dr Shaza Laham. “Methylsulfonylmethane And Green Tea Extract Reduced Oxidative Stress And Inflammation In An Ulcerative Colitis.” Asian Journal of Pharmaceutical and Clinical Research 6, no. 2 (2013): 153-158.
[12] Kim, Tae Myoung, Sang-Kyung Shin, Tae-Wang Kim, So-Young Youm, Dae Joong Kim, and Byeongwoo Ahn. “Elm tree bark extract inhibits HepG2 hepatic cancer cell growth via pro-apoptotic activity.” Journal of veterinary science 13, no. 1 (2012): 7-13.
[13] Dodda, Dilip, Ruchi Chhajed, and Jitendriya Mishra. “Protective effect of quercetin against acetic acid induced inflammatory bowel disease (IBD) like symptoms in rats: Possible morphological and biochemical alterations.” Pharmacological Reports 66, no. 1 (2014): 169-173.
[14] Szweda, Magdalena, Józef Szarek, Krystyna Dublan, Tomasz Męcik-Kronenberg, Zdzisław Kiełbowicz, and Marcin Bigoszewski. “Effect of mucoprotective plant-derived therapies on damage to colonic mucosa caused by carprofen and robenacoxib administered to healthy dogs for 21 days.” Veterinary Quarterly 34, no. 4 (2014): 185-193.
[15] Bak, Youn‐Kyung, Johanna W. Lampe, and Mi‐Kyung Sung. “Effects of dietary supplementation of glucosamine sulfate on intestinal inflammation in a mouse model of experimental colitis.” Journal of gastroenterology and hepatology 29, no. 5 (2014): 957-963.
[16] Musa, N. S., Gordon S. Howarth, and Cuong D. Tran. “Zinc Supplementation Alone Is Effective for Partial Amelioration of Methotrexate-induced Intestinal Damage.” Alternative therapies in health and medicine 21 (2015): 22-31.
[17] Tran, Cuong D., Joanna Hawkes, Robin D. Graham, Julie L. Kitchen, Erin L. Symonds, Geoffrey P. Davidson, and Ross N. Butler. “Zinc-fortified oral rehydration solution improved intestinal permeability and small intestinal mucosal recovery.” Clinical pediatrics 54, no. 7 (2015): 676-682.
[18] Motawi, Tarek Kamal, Sherine Maher Rizk, and Ahmed Hassan Shehata. “Effects of curcumin and Ginkgo biloba on matrix metalloproteinases gene expression and other biomarkers of inflammatory bowel disease.” Journal of physiology and biochemistry 68, no. 4 (2012): 529-539.
[19] Nishida, Keita, Miki Sugimoto, Shuntaro Ikeda, and Shinichi Kume. “Effects of supplemental β-carotene on mucosal IgA induction in the jejunum and ileum of mice after weaning.” British Journal of Nutrition 111, no. 2 (2014): 247-253.

Posted on

15 ALLEDAAGSE GEVOELENS DIE EIGENLIJK SYMPTOMEN ZIJN EN IETS ZEGGEN OVER JE GEZONDHEID

Heb jij vaak trek in zoet? Of word je elke ochtend moe wakker? Het zijn dingen die je misschien allang ‘normaal’ vindt, maar die eigenlijk iets zeggen over je gezondheid! Als je weet waar dit écht vandaan komt, kun je het niet alleen oplossen, maar zul je je ook veel energieker en gezonder gaan voelen.

symptomen gezondheid

Je herkent het misschien wel… je wordt wakker, maar hebt eigenlijk weinig energie, ondanks dat je goed geslapen hebt. Vervolgens sta je op en merk je dat er een zwaar hoofd begint te krijgen omdat je nog geen koffie hebt gedronken. Gedurende de dag heb je de hele tijd trek in zoet (en daar geef je dan ook regelmatig aan toe), en na de hele dag gewerkt te hebben voel je hoofdpijn opkomen. Waarschijnlijk ben je in de loop der jaren aan dit soort gevoelens gewend geraakt, zonder jezelf te realiseren dat jouw lichaam je eigenlijk iets probeert te vertellen. Al die gevoelens zeggen namelijk iets over je gezondheid.

We hebben de meest voorkomende alledaagse gevoelens die iets zeggen over je gezondheid voor je op een rij gezet. Wat zijn de oorzaken van die gevoelens en wat kun je eraan doen? Zodat je nog meer energie krijgt en meer van jouw optimale gezondheid gaat leven.

1. Meer zin in eten als je moe bent

Mensen die moe zijn hebben een gebrek aan energie. Op dat moment lijkt het heel verleidelijk om even een energiereep uit de automaat te halen om jezelf weer op te peppen, toch heeft dit een averechts effect. De belangrijkste oorzaak van zin in eten als je moe bent is namelijk een ongezond voedingspatroon met te veel suikers, koolhydraten en ongezonde vetten.

Je lichaam heeft elke dag een grote variatie aan eiwitten, vetten, complexe koolhydraten, vitamines en mineralen nodig om energie uit te halen, maar als je lichaam die niet voldoende binnenkrijgt, kan het niet optimaal functioneren. Je kunt het vergelijken met een auto, als je daar niet de juiste brandstof in stopt, houdt hij vroeg of laat op met rijden. Wat je eet bepaalt dus in grote mate hoeveel energie je hebt om de dag door te komen. Een ongezond voedingspatroon geeft je lichaam niet alleen minder energie, het kost je lichaam ook meer energie. Hierdoor word je futloos en moe. Ga je vervolgens weer eten omdat je denkt dat je daardoor weer energie krijgt, dan houd je de vicieuze cirkel alleen maar in stand en blijf je moe en wil je steeds eten.

Er zijn een aantal voedingsstoffen die voor een flinke energiedip kunnen zorgen, ook al lijkt het in eerste instantie dat ze juist heel veel energie geven!

  • Suiker: als je suikers eet maakt je lichaam het hormoon insuline aan om de energie uit die suikers via het bloed naar de cellen te brengen. Met een gebalanceerde bloedsuikerspiegel ben je helder van geest en wordt lichamelijke inspanning makkelijker. Maar als je suikerrijke voeding eet schiet je bloedsuikerspiegel omhoog en moet je lichaam heel veel insuline produceren om de suikers naar de cellen te brengen. Daarna kan je bloedsuikerspiegel zo sterk dalen dat ie nog lager wordt dan voor de maaltijd. Het gevolg: je energieniveau daalt je krijg behoefte om te snacken. Als je veel suikerrijke voeding eet moet je lichaam bovendien continu veel insuline aanmaken, en dit kan leiden tot een verminderde insulinegevoeligheid. Je lichaam heeft in dat geval steeds meer insuline nodig om de suikers naar de cellen te brengen, waardoor je steeds meer behoefte krijgt aan suikers, steeds meer gaat eten en daardoor steeds meer last krijgt van een energiedip na het eten. Een te hoge insulineproductie kan ook leiden tot een te hoge bloeddruk, vroegtijdige veroudering, overgewicht en diabetes type 2 (o.a. Pyörälä et al, 2000[1]).

  • Snelle koolhydraten: zitten bijvoorbeeld in ontbijtgranen, brood en pasta, en zorgen net zoals suikers voor een energiedip. Dit komt omdat al deze koolhydraten in het lichaam worden omgezet in suiker, en uiteindelijk hebben ze dus hetzelfde effect op de insulineproductie als suikerrijke voeding (o.a. McKeown et al., 2004[2]).

  • Transvetten: gefrituurde producten en veel sterk bewerkte voedingsmiddelen bevatten transvetten. Dit zijn gehydrogeneerde onverzadigde vetzuren die onder andere zeer schadelijk zijn voor hart- en bloedvaten. Maar dat is niet het enige, het kost je lichaam veel meer tijd om deze te verteren, wat onnodig veel energie kost en jezelf een afgemat gevoel geeft (o.a. Ascherio et al., 1999[3])

Heb je vaak zin in eten als je moe bent, begin dan met het zoveel mogelijk elimineren van suikers, snelle koolhydraten en transvetten uit je voedingspatroon. Zodra je de vicieuze cirkel van moe zijn en eten doorbreekt zul je merken dat je meer energie krijgt, waardoor je trek in eten om een energiedip te compenseren ook zal afnemen.

2. Hoofdpijn krijgen als je geen koffie drinkt

Veel stevige koffiedrinkers krijgen hoofdpijn als ze geen koffie drinken. Meestal ontstaat deze hoofdpijn achter de ogen en gaat daarna naar het voorhoofd. Bij sommige mensen kan het niet drinken van koffie zelfs een migraine uitlokken. Vaak gaat de hoofdpijn ook nog gepaard met andere klachten, zoals prikkelbaarheid, sloomheid, concentratieproblemen en duizeligheid.

Dit zijn… ontwenningsverschijnselen. Koffie bevat namelijk cafeïne, een stof waarvan bekend is dat het een verslavende werking heeft omdat dit de adenosinereceptoren blokkeert. Adenosine speelt een belangrijke rol in verschillende biochemische processen, zoals de energietransfer en signaaltransductie in het lichaam, en vertelt de receptoren in de hersenen wanneer het tijd is om te gaan rusten of slapen. Als deze receptoren geblokkeerd worden door cafeïne, wordt de werking van dopamine versterkt (een neurotransmitter waardoor je je gemotiveerd en blij voelt). Daarnaast zorgt de adenosine die nu nergens meer heen kan ervoor, dat er meer adrenaline wordt geproduceerd, wat een gevoel van alertheid versterkt. Mensen die veel koffie drinken ontwikkelen meer adenosinereceptoren, om een nieuwe balans te creëren met de cafeïne. Hierdoor krijgen ze een hogere tolerantie voor cafeïne waardoor ze vaak nog meer behoefte aan koffie krijgen. Als een stevige koffiedrinker vervolgens opeens geen koffie meer drinkt worden zijn of haar hersenen overspoeld met adenosine en zakt het dopamineniveau aanzienlijk, waardoor de hersenchemie uit balans raakt en je hoofdpijn krijgt. (Juliano et al, 2004[4])

Ben jij een stevige koffiedrinker, dan doe je er goed aan om je koffieconsumptie geleidelijk aan te verminderen tot 1 of 2 kopjes per dag.

3. Nog moe zijn terwijl je lang genoeg hebt geslapen

Moe wakker worden is meestal het gevolg van een te lage cortisolproductie in de ochtend. De oorzaak daarvan is vaak bijnieruitputting, een aandoening die ontstaat als gevolg van chronische stress. Bij chronische stress produceert het lichaam langdurig te veel cortisol, waardoor de bijnieren uitgeput raken en te weinig of helemaal geen cortisol meer kunnen produceren. Door de te lage cortisolproductie die ontstaat ben je doorlopend vermoeid en futloos, word je humeurig, krijg je last van angsten en raak je gestrest van situaties die je normaal gesproken zou negeren.

Ook ‘s ochtends moe wakker worden en ‘s avonds niet in slaap kunnen komen zijn typische symptomen van bijnieruitputting. Als je bijnieren uitgeput zijn komt de cortisolproductie ‘s ochtends te langzaam op gang, waardoor je geen energie hebt om aan de dag te beginnen. Tegen de tijd dat je naar bed wilt gaan is de cortisolafgifte van de bijnieren eindelijk op zijn hoogst, wat betekent dat je zo wakker bent dat je geen oog dicht doet als je naar bed gaat. Bij bijnieruitputting wordt de cortisolproductie dus omgekeerd, wat betekent dat je ‘s ochtends te moe bent om ook maar iets te doen en ‘s avonds klaarwakker in bed ligt. Het slaaptekort wat zo ontstaat, zorgt ervoor dat je ‘s ochtends nog vermoeider wakker wordt. Zo kom je in een vicieuze cirkel terecht die vaak moeilijk te doorbreken is (Wilson, 2001[5]).

4. Niet meer kunnen concentreren en gevoel ‘dat je echt even iets moet eten’

Veel mensen eten doorlopend veel suikers, en omdat hun lichaam continu bezig is die suikers te verbranden verliest het na verloop van tijd de kennis over hoe het vetten moet verbranden. Vervolgens gaat het lichaam steeds meer om suiker vragen. Typische ‘suikerverbranders’ hebben moeite met het verliezen van overtollig vet en moeten dus veel moeite doen om ook maar een kilootje af te vallen. Maar dat is niet het enige nadeel, suikerverbranders moeten ook doorlopend suiker eten om de grote pieken in de bloedsuikerspiegel op te vangen. Want zoals je al bij punt 1 hebt kunnen lezen stijgt je bloedsuikerspiegel na het eten van suiker flink, en gaat daarna eveneens sterk dalen. Als je bloedsuikerspiegel heel laag is, word je suf of zelfs duizelig en kun je je minder goed concentreren. Je lichaam heeft op dat moment een sterke behoefte aan suiker om de bloedsuikerspiegel weer omhoog te krijgen. Hierdoor krijg jij zin in iets zoets.

De enige manier om van een ‘suikerverbrander’ in een ‘vetverbrander’ te veranderen, is door suiker- en koolhydraatrijke voeding zoveel mogelijk te vermijden. Daarnaast kan vasten met tussenpozen (intermittent fasting) helpen je vetverbranding weer op gang te krijgen.

5. ‘Ik ben echt een broodeter’ -> veel zin hebben in brood

Brood is verslavend. Dit komt omdat er glutenine in zit, een eiwitcomponent dat zich bindt zich aan de leptinereceptoren, de receptoren van het hormoon dat onze verzadiging regelt. Hierdoor zijn we minder snel verzadigd en blijven we eten. Mensen die besluiten om te stoppen met het eten van brood zullen merken dat ze in eerste instantie te maken krijgen met vermoeidheid, prikkelbaarheid, somberheid en soms zelfs depressiviteit. Zodra ze door deze ‘ontwenningsverschijnselen’ heen ontstaat er vaak juist een beter humeur, minder stemmingswisselingen, een beter concentratievermogen en een diepere slaap. De verslavende werking van glutenine is de reden dat we onszelf vaak echte ‘broodeters’ noemen en doorlopend zin hebben in brood (Gupta et al., 1994[6]).

Wil je jouw broodverslaving de baas worden, dan kun je het beste weinig of geen brood meer te eten en in plaats daarvan glutenvrije alternatieven te kiezen, zoals rijstcrackers, boekweitpannenkoeken, brood op basis van glutenvrije granen en/of zaden en noten (zoals boekweitmeel, amandelmeel, zonnebloempitten), quinoa, amarant, granenvrije ontbijtgranen, havermoutpap, chiazaad en hennepzaad.

6. Voor vrouwen: Pijnlijke borsten of hoofdpijn (migraine) vlak voor de menstruatie

Als je tijdens de week vlak voor de menstruatie vaak pijnlijke borsten en hoofdpijn hebt, dan heb je waarschijnlijk last van Premenstrueel Syndroom (PMS). Het is nog nooit wetenschappelijk bewezen wat de oorzaak van PMS is, maar het is vastgesteld is dat vrouwen met PMS-klachten gevoeliger zijn voor fluctuaties in de hormoonspiegel met als gevolg dat bepaalde neurotransmitters in de hersenen minder goed werken. Oorzaken van deze schommelingen in de hormoonspiegel zijn onder meer een te laag progesterongehalte, een te hoge oestrogeenspiegel (oestrogeendominantie), een tekort aan vitamine B6 en te weinig serotonine in de hersenen. Ook is gebleken dat bij vrouwen met PMS het autonome zenuwstelsel, dat onder meer de bloeddruk en de darmactiviteit reguleert, niet goed werkt in de week voor de menstruatie. Hoe erger vrouwen last hebben van PMS, hoe minder actief het zenuwstelsel blijkt te zijn (o.a. Yonkers et al., 2008[7]).

Volgens de Amerikaanse arts Dr. Michael Lam heeft meer dan 50% van alle Westerse vrouwen van 35 jaar en ouder in last van een te hoge oestrogeenspiegel. Deze oestrogeendominantie wordt onder meer veroorzaakt door een ongezond voedingspatroon met vaak teveel fyto-oestrogenen (natuurlijke of plantoestrogenen die onze eigen oestrogeen imiteren en vooral voorkomen in soja, peulvruchten, volkorengranen, noten, cafeïne, kiemen en kikkererwten) en xeno-oestrogenen (chemische stoffen in onder andere cosmetica, plastic producten die BPA bevatten, schoonmaakmiddelen, pesticiden en medicijnen die natuurlijke oestrogenen imiteren), een tekort aan bepaalde vitamines en mineralen (zoals vitamine B6, B12, C en E, magnesium en selenium) en een overproductie van oestrogenen in het lichaam, bijvoorbeeld als gevolg van overgewicht (Lam, 2012[8])

Oestrogeendominantie kan voorkomen worden door over te stappen op een gezond en gevarieerd voedingspatroon, meer te bewegen en stress zoveel mogelijk te voorkomen. Daarnaast zijn er bepaalde groenten die een gezonde hormoonbalans bevorderen, zoals broccoli, bloemkool en andere koolsoorten. Deze bevatten Diindolylmethaan, ook DIM genoemd, een stof die de hormoonbalans en het gedrag van de cellen in het lichaam reguleert.

7. Voor mannen: geen ochtenderectie hebben bij het wakker worden

Mannen die geen ochtenderectie krijgen als zij wakker worden hebben vaak een te laag testosterongehalte. Met het toenemen van de leeftijd neemt het testosterongehalte geleidelijk af. Dit is een volkomen natuurlijk proces, maar veel mannen en vrouwen hebben op een relatief jonge leeftijd al een vrij laag testosterongehalte. De oorzaken hiervan zijn verkeerde voeding, een ongezonde leefstijl, medicijnen en ziektes. Vooral als je te weinig gezonde verzadigde vetten eet, loop je een verhoogd risico op een testosterontekort, want het lichaam maakt testosteron van cholesterol. Daarnaast kan te intensief sporten, een chronisch slaapgebrek en een verhoogd insulinegehalte veroorzaakt door te veel koolhydraat- en suikerrijke voeding bijdragen aan een tekort aan testosteron. Ook als je teveel oestrogeen (de belangrijkste tegenhanger van testosteron) in je lichaam hebt kun je te weinig testosteron krijgen. Bij punt 6 heb je al kunnen lezen hoe een te hoog oestrogeengehalte ontstaat, dit geldt eveneens voor mannen.

Dat er een verband is tussen een laag testosteron en geen ochtenderectie krijgen blijkt ook uit wetenschappelijk onderzoek. Bij een Amerikaanse studie werd onder meer gekeken naar het testosterongehalte bij 52 mannen met erectieproblemen en daarbij werd vastgesteld dat minimaal 15 van hen een zeer laag testosterongehalte hadden. Deze mannen hadden bij het wakker worden ook geen ochtenderectie en een verminderd libido (Segraves et al., 1983[9]).

Mannen met een laag testosterongehalte kunnen hun testosteron ‘boosten’ door meer te gaan bewegen en krachttraining te gaan doen, hiermee wordt de aanmaak van testosteron namelijk gestimuleerd. Daarnaast is het verstandig als zij overstappen op een gezond en gevarieerd voedingspatroon en stress zoveel mogelijk proberen te vermijden.

8. Hoofdpijn aan het eind van de dag

Als je aan het eind van de dag regelmatig hoofdpijn hebt dan komt dit waarschijnlijk omdat je gedurende de dag te weinig drinkt. Hierdoor raakt je lichaam uitgedroogd, met als gevolg dat je hoofdpijn krijgt (o.a. Blau et al., 2004[10]).

Drinken is belangrijk. Je lichaam bestaat voor meer dan 75 procent uit water en heeft de hele dag vocht nodig zodat je organen, weefsels en cellen altijd voldoende gehydrateerd blijven. Bij een gezonde vochtbalans kunnen afvalstoffen bovendien efficiënt worden afgevoerd, zowel via het transpireren van de huid als via de urine. Wanneer het lichaam uitgedroogd is, is het lichaam écht gestrest, een beetje te vergelijken met het gevoel wanneer je enorme dorst hebt. Hierdoor geeft het lichaam een ‘vecht of vlucht’-reactie, wat betekent dat het overlevingsmechanisme in werking treedt en er stresschemicaliën vrijkomen die hoofdpijn tot gevolg hebben.

Als richtlijn kun je stellen dat je dagelijks minimaal je lichaamsgewicht x 0,44 gedeeld door 10 aan liters water moet drinken. Bij een gewicht van bijvoorbeeld 75 kilo is de berekening dus: (75 x 0,44)/10 = 3,3 liter. Onderstaande tabel geeft je per gewichtsklasse een idee hoeveel water je minimaal per dag moet drinken:

Gewicht (kg)Water per dag (liters)
552,42
652,86
753,3
853,74
954,18

Afhankelijk van je gewicht kan je lichaam gemiddeld een glas water per uur verwerken. Als je meer drinkt plas je het direct weer uit, zonder dat je lichaam er iets mee heeft kunnen doen.

9. Restless legs (onrustige benen, je benen niet stil kunnen houden)

Wie vaak onrustige benen heeft of de benen niet stil kan houden heeft mogelijk last van een magnesiumtekort. Magnesium is een belangrijk mineraal, want elk orgaan in ons lichaam, en dan met name het hart, de spieren en de nieren, heeft magnesium nodig om gezond te blijven. De belangrijkste functie van magnesium is dat het de enzymen in het lichaam activeert, waaronder enzymen betrokken bij DNA synthese. Daarnaast ondersteunt dit mineraal de energietransport- en productie, de eiwitsynthese, het overbrengen van zenuwimpulsen, de ontspanning van spieren, hart en bloedvaten en de opbouw van botten en tanden. Ook reguleert magnesium het calcium, koper, zink, kalium en vitamine D –gehalte van het lichaam, wat onder meer zorgt voor een gezond evenwicht in het lichaam tussen spanning en ontspanning.

Ondanks dat magnesium zo essentieel is voor onze gezondheid heeft volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) circa 20% van de bevolking in West-Europa een magnesiumtekort. Vaak gebeurt dit ongemerkt en lopen mensen rond met klachten als ooglidtrillingen, krampen, rusteloze benen, spasmen, een verhoogde schrikreactie, futloosheid, vermoeidheid, PMS, slapeloosheid, spierkrampen, hoofdpijn, angsten, nervositeit en prikkelbaarheid, die zij moeilijk kunnen herleiden naar de oorzaak. Daarnaast kan een chronisch magnesiumtekort het risico op ernstigere ziekten, zoals hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en de ziekte van Alzheimer, verhogen (Rylander, 1996[11]; Sales et al. 2006[12]; Costello et al., 1992[13]).

De reden dat een magnesiumtekort zo vaak voorkomt in de Westerse wereld is omdat onze voeding als gevolg van bodemuitputting en kunstmatige bemesting nog maar weinig magnesium bevat. Daarnaast bevat ons voedingspatroon veel bewerkte producten, die het mineraal magnesium meestal niet bevatten. Bovendien consumeren wij veel producten die het magnesiumgehalte in ons lichaam uitputten, zoals suikerrijke voeding, frisdrank en medicijnen.

Om een magnesiumtekort te voorkomen dien je veel voeding te eten die rijk is aan magnesium, waaronder rauwe cacao, peulvruchten, pompoenpitten, zonnebloempitten, kelp, amandelen, pinda’s, cashewnoten, zwarte bonen, kikkererwten, spinazie, bananen, avocado, gedroogde vijgen, cacao, makreel, heilbot, boekweit, kruidenthee, groene bladgroenten, zeewier, koriander, dille, selderij, salie en basilicum. Mocht je een magnesiumtekort vermoeden dan kun je daarnaast ook magnesiumsupplementen nemen of een magnesiumolie gebruiken voor in bad of direct op de huid.

10. Zin hebben in noten/notenpasta

Vooral vegetariërs en veganisten kunnen soms een bijna onbedwingbare trek in noten en notenpasta hebben. De reden dat dit gebeurt is omdat ze eigenlijk een omega 3-tekort hebben.

Omega 3-vetzuren zijn essentiële meervoudige onverzadigde vetzuren die vooral in noten, zaden en vette vis voorkomen. Een tekort aan omega 3-vetzuren ontstaat meestal door een te hoge omega 6-vetzuren consumptie, waardoor de zogenaamde omega3/6-ratio uit balans raakt. Deze disbalans kan tot allerlei gezondheidsrisico’s leiden, zoals een verhoogd risico op hart- en vaatziektes, kanker, infectieziektes en auto-immuunziektes (Simopoulous, 2008[14]).

De beste manier om je omega-6/3 verhouding te verbeteren is door meer voeding te eten die rijk is aan omega-3 vetzuren en tevens veel minder voeding te eten die omega-6 vetzuren bevat, zoals plantaardige oliën (met uitzondering van kokosolie).

11. Overmatige trek in zout

Mensen die veel stress hebben produceren doorlopend teveel cortisol, dat om die reden ook wel het ‘stresshormoon’ wordt genoemd. Een te hoge cortisolproductie leidt tot allerlei klachten, waaronder veel trek in zout. Een verhoogde behoefte aan zout is dus een duidelijk signaal dat er iets niet goed gaat in je lichaam, vooral in combinatie met veel stress. Je kunt dit signaal maar beter niet negeren, want chronische stress kan leiden tot bijnieruitputting, een aandoening die in punt 3 al aan de orde is geweest.

Achterhaal daarom bij jezelf waarom je vaak stress hebt en probeer vervolgens je stressbronnen aan te pakken.

12. Trek in zoet

Wie veel suiker- en koolhydraatrijke voeding eet komt in een vicieuze cirkel terecht van steeds meer suiker en koolhydraten eten, dat heb je al bij punt 1 kunnen lezen. Een enorme trek in suiker kan echter ook nog een andere oorzaak hebben, het is namelijk ook een symptoom van candida overgroei.

Candida albicans is een gist dat van nature voorkomt in ons spijsverteringsstelsel. Normaal gesproken leeft dit gist in harmonie samen met onze ‘goede bacteriën’. Echter, als onze darmflora als gevolg van bijvoorbeeld een verzwakt immuunsysteem, gebruik van antibiotica of een ongezond voedingspatroon in disbalans raakt, komen de ‘goede’ bacteriën in de minderheid ten opzichte van de ‘slechte bacteriën’ en kan het candida gist uitgroeien tot een schimmel (o.a. Samaranayake et al., 1982[15]). Deze schimmels hebben suiker- en koolhydraatrijke voeding nodig om te overleven, daarom kan je als je last hebt van candida overgroei enorm veel trek krijgen in zoet.

De beste manier om van candida af te komen is door je voedingspatroon aan te passen, want medicatie die de dokter voorschrijft werkt meestal maar tijdelijk. Dit omdat het alleen de symptomen bestrijdt en niet de oorzaak wegneemt. Voeding die je dient te vermijden als je candida hebt, zijn onder meer suiker- en koolhydraatrijke voeding (waaronder brood, pasta, koek en snoep), bewerkte voeding, schimmel- en gisthoudende voedingsmiddelen en alcohol. In plaats daarvan dien je veel verse groenten te eten, net als voldoende gezonde eiwitten en vetten. Ook kan het zinvol zijn om probiotica te nemen, omdat je hiermee de ‘goede bacteriën’ in je darmen ondersteunt. In Glorious Gut van Superfoodies zitten alle goede stoffen die helpen om jouw darmen te helen en optimaal te laten functioneren. Ook zit er pre- en probiotica in voor een optimale darmflora.

Heb jij last van candida en/of vaak trek in zoet? Volg dan ons Darmen Helen programma, een 28-daags traject voor optimale darmgezondheid.

13. Vaak verkouden

Als je vaak verkouden bent of griep hebt kan het heel goed zijn dat je een vitamine D-tekort hebt. Aan de hand van talloze wetenschappelijke onderzoeken is namelijk aangetoond dat vitamine D het immuunsysteem versterkt. Andere onderzoeken laten zelfs zien dat je bij een gezond vitamine D-niveau minder risico loopt om allerlei ernstige ziekten en aandoeningen te krijgen, zoals kanker, hart- en vaatziekten, diabetes en overgewicht (o.a. Garland et al., 2006[16])

We kunnen dus niet zonder vitamine D, maar desondanks heeft 45% van de Nederlandse mannen en 56% van de Nederlandse vrouwen een vitamine D-tekort, meestal zonder daar zelf bewust van te zijn. Een van de belangrijkste oorzaken is te weinig blootstelling aan zonlicht, want via zonlicht maakt ons lichaam in de huid vitamine D aan. Als je niet in staat bent om regelmatig in de zon te zitten kun je het beste een vitamine D-supplement slikken, want daarmee voorkom je niet alleen verkoudheden, het geeft ook energie, bevordert een gezonde nachtrust en gaat spier- en gewrichtspijn tegen.

14. De hele dag honger

Als je doorlopend honger hebt (zelfs als je voldoende hebt gegeten) geeft je lichaam een signaal af dat er iets niet in balans is. De meest voorkomende oorzaken van honger zijn:

  • Je hebt dorst.
    Bij punt 8 kun je lezen hoeveel water je per dag dient te drinken

  • Je hebt een tekort aan een of meerdere voedingsstoffen.
    Je lichaam heeft elke dag een hele hoop vitamines, mineralen, sporenelementen, gezonde vetten en aminozuren nodig om energie uit te halen en goed te kunnen functioneren. Als je van een of meerdere voedingsstoffen een tekort hebt, is dat belastend voor je lichaam, en van de energie die dat vergt krijg je honger. Het gevolg is dat je gaat ‘snaaien’, maar de voeding die je dan vaak eet bevat ook niet de voedingsstoffen waar je lichaam een tekort aan heeft. Dan kom je in een soort vicieuze cirkel terecht. Honger is een van de aanwijzingen dat je een vitamine- of mineralentekort hebt, maar daarnaast kun je ook last hebben van andere symptomen. Koude handen, zachte of broze nagels, spierzwakte en/of langzame kniereflexen duiden bijvoorbeeld vaak op een magnesiumtekort en witte plekjes of gleufjes in nagels, cellulite en trage wondheling zijn vaak een symptoom van een zinktekort.

  • Je hebt niet voldoende of op de verkeerde manier ontbeten.
    Het ontbijt is de belangrijkste maaltijd van de dag. Als je het ontbijt overslaat, te weinig ontbijt of alleen koolhydraten eet, kun je dat de rest van de dag voelen. Je krijgt snoepbuien, je voelt je futloos of krijgt laat op de avond nog honger. Als je ’s avonds laat honger hebt en daaraan toegeeft, geef je je lichaam heel veel energie terwijl je lijf er niets mee kan, omdat het zich aan het voorbereiden is op de nacht.

15. Opgeblazen buik

Een opgeblazen buik of opgeblazen gevoel kan verschillende oorzaken hebben. Vaak wordt het veroorzaakt door overgevoeligheden voor bepaalde voedingsmiddelen, maar ook candida (zie punt 12) kan aan de grondslag van het probleem liggen.

Wanneer je regelmatig last hebt van een opgeblazen buik, begin dan met aanpassingen in je voeding en leefstijl en kijk wat dit oplevert. Stop bijvoorbeeld met het eten van zuivel en granen en eet in plaats daarvan zoveel mogelijk pure voedingsmiddelen die niet bewerkt zijn in een fabriek. Wellicht zijn je klachten alleen daarmee al minder of zelfs verdwenen. Ga ook meer bewegen en probeer stress te vermijden.

Kun je daar wat hulp bij gebruiken? Volg dan ons Darmen Helen programma, een 28-daags traject voor een optimale darmgezondheid (en dus meer energie voor de rest van je leven!). Bij een opgeblazen buik raden we ook ons supplement Glorious Gut aan, met exact de juiste hoeveelheden van alles wat je nodig hebt voor gezonde darmen.

Hulp nodig?


Heb je genoeg van bepaalde klachten en kun je wat hulp gebruiken? Dan is het Darmen Helen programma een investering waar je de rest van je leven profijt van zult hebben. Want gezonde darmen zijn de basis voor een goede gezondheid. In dit 28-daagse traject krijg je alle tools en informatie die je nodig hebt voor gezonde darmen. Dit zal gegarandeerd een groot verschil gaan maken in je gevoel van welzijn, je energielevels en gezondheid. Ook op de lange termijn!

Referenties

[1] Pyörälä, Marja, et al. “Insulin Resistance Syndrome Predicts the Risk of Coronary Heart Disease and Stroke in Healthy Middle-Aged Men The 22-Year Follow-Up Results of the Helsinki Policemen Study.” Arteriosclerosis, thrombosis, and vascular biology 20.2 (2000): 538-544.
[2] McKeown, Nicola M., et al. “Carbohydrate nutrition, insulin resistance, and the prevalence of the metabolic syndrome in the Framingham Offspring Cohort.” Diabetes care 27.2 (2004): 538-546.
[3] Ascherio, Alberto, et al. “Trans fatty acids and coronary heart disease.” New England Journal of Medicine 340 (1999): 1994-1998.
[4] Juliano, Laura M., and Roland R. Griffiths. “A critical review of caffeine withdrawal: empirical validation of symptoms and signs, incidence, severity, and associated features.” Psychopharmacology 176.1 (2004): 1-29.
[5] Wilson, James L. Adrenal fatigue: The 21st century stress syndrome. Petaluma, CA: Smart Publications, 2001.
[6] Gupta, R. B., et al. “Allelic variation in glutenin subunit and gliadin loci, Glu-1, Glu-3 and Gli-1, of common wheats. I. Its addictive and interaction effects on dough properties.” Journal of Cereal Science (1994) 19: 9-17.
[7] Yonkers, Kimberly Ann, PM Shaughn O’Brien, and Elias Eriksson. “Premenstrual syndrome.” The Lancet 371.9619 (2008): 1200-1210.
[8] M. Lam: Estrogen Dominance: Hormonal Imbalance of the 21st Century, Adrenal Institute Press (2012)
[9] Segraves, R. Taylor, Harry W. Schoenberg, and J. Ivanoff. “Serum testosterone and prolactin levels in erectile dysfunction.” Journal of sex & marital therapy 9.1 (1983): 19-26.
[10] Blau, Joseph Norman, Christian Alexander Kell, and Julia Maria Sperling. “Water‐deprivation headache: A new headache with two variants.” Headache: The Journal of Head and Face Pain 44.1 (2004): 79-83.
[11] Rylander, Ragnar. “Environmental magnesium deficiency as a cardiovascular risk factor.” Journal of cardiovascular risk 3.1 (1996): 4-10.
[12] Sales, Cristiane Hermes, and Lucia de Fatima Campos Pedrosa. “Magnesium and diabetes mellitus: their relation.” Clinical Nutrition 25.4 (2006): 554-562.
[13] Costello, R. B., and P. B. Moser-Veillon. “A review of magnesium intake in the elderly. A cause for concern?.” Magnesium research: official organ of the International Society for the Development of Research on Magnesium 5.1 (1992): 61-67.
[14] Simopoulos, Artemis P. “The importance of the omega-6/omega-3 fatty acid ratio in cardiovascular disease and other chronic diseases.” Experimental Biology and Medicine 233.6 (2008): 674-688.
[15] Samaranayake, L. P., and T. W. MacFarlane. “The effect of dietary carbohydrates on the in-vitro adhesion of Candida albicans to epithelial cells.” Journal of Medical Microbiology 15.4 (1982): 511-517.
[16] Garland, Cedric F., et al: “The role of vitamin D in cancer prevention.” American Journal of Public Health 96.2 (2006): 252.

Posted on Leave a comment

Deze 8 dingen doen je darmflora voor je stemming, energie en meer…

Weet wat je eet: zo houd je je darmflora in balans 

Buikpijn, een opgeblazen gevoel, verstopping of wisselende stoelgang, krampen, voedselintoleranties. Wanneer je darmen niet goed werken, kan dat voor een hoop klachten zorgen. Heb jij hier last van? Dan ben je niet de enige. Ten minste één op de vier mensen heeft regelmatig last van pijnlijke of prikkelbare darmen. En dat kan weer leiden tot andere klachten, zoals bijvoorbeeld stemmingswisselingen. Verlang jij elke middag naar je joggingbroek omdat de knoop van je favoriete broek aan het einde van de dag echt niet meer dicht kan of ben je radeloos omdat je niet weet wat je wel en niet kan eten? Gelukkig is hier een oplossing voor. 

Je darmen: waar zijn ze eigenlijk goed voor?

Hoezeer ze ook voor ongemak kunnen zorgen, de darmen zijn echt een zeer bijzonder orgaan. Ze doen namelijk veel meer dan alleen het verteren van je eten. Om te beginnen hebben ze een eigen zenuwstelsel, wat feitelijk betekent dat als je ze uit je lichaam zou halen, ze ‘het nog steeds doen’ zonder input van je hersenen.

Ook bevindt 70 tot 80 procent van al je immuuncellen zich in je darmen. Deze cellen werken nauw samen met de rest van je lichaam om het te beschermen tegen ongewenste indringers, zoals ziekteverwekkers. 

Daarnaast zijn je darmen rechtstreeks verbonden met je brein. Die verbinding loopt via de ‘vagus zenuw’, de hoofdzenuw van het parasympatische zenuwstelsel. Dit zenuwstelsel zorgt, bijvoorbeeld wanneer je slaapt, dat je lichaam in een toestand van rust komt. 

Waarom je darmflora van vitaal belang zijn 

Neem je een kijkje in je darmen, dan kom je miljarden bacteriën, virussen, schimmels en zelfs parasieten tegen, de darmflora. Die darmflora zijn van vitaal belang. Wanneer we baby zijn, zorgen de darmflora voor de ontwikkeling van ons zenuwstelsel en immuunsysteem. Op latere leeftijd blijven de darmflora belangrijk voor het goed functioneren van vrijwel alle functies in het lichaam, in het bijzonder voor de spijsvertering. Zijn de darmflora uit balans? Dan voelen we dat direct in onze buik. Maar een disbalans in je darmflora kan ook zorgen voor een toename van allergische klachten, zoals bijvoorbeeld acne. Niet zo gek, als je bedenkt dat je darmen met vrijwel alle systemen in je lichaam zijn verbonden. 

Zo creëer je de ideale darmflora

Bacteriën en schimmels kunnen groeien dankzij het voedsel dat wij eten. Maar niet elke bacterie of schimmel houdt van hetzelfde voedsel. Oftewel, jouw voedingskeuzes bepalen welke ‘beestjes’ in je buik te eten krijgen en welke niet. Krijgen bepaalde ‘stammen’ meer eten? Dan kunnen ze de andere ‘bewoners’ overwoekeren en dat leidt weer tot ziektes en allerlei andere ongemakken. 

Sterk bewerkte voeding, denk aan voedsel met kunstmatige zoetstoffen, emulgatoren of conserveringsmiddelen, stimuleert de overgroei van bepaalde bacteriën. Dit geldt ook voor voedsel met veel suiker, witmeel, margarine en andere geraffineerde plantaardige oliën. Ook een te eenzijdig voedingspatroon met naar verhouding heel veel zetmeel of juist heel veel vet, kan de balans omver schoppen. Hoe meer variatie, hoe beter. Zo kunnen alle verschillende darmbewoners in hun eigen kracht staan én jouw gezondheid ondersteunen. 

Maar de samenstelling van de darmflora reageert op meer dan alleen voedsel. Medicijnen, hoe levensreddend ook, laten ook hun sporen na in de darmen. De absolute killers zijn natuurlijk antibiotica, waarvan zelfs na een jaar of langer nog restjes te zien zijn in je darmen. 

Maar ook met je levensstijl kun je je darmen beïnvloeden. Hoe meer lichaamsbeweging en sociaal contact bijvoorbeeld, hoe gezonder je darmen. Psychische stress heeft dan weer een negatief effect. En wat dacht je van veel tijd doorbrengen in de natuur? De natuur is namelijk dé toeleverancier van microben op onze huid en in ons gastro-intestinale stelsel. 

Levende bacteriën op het menu: probiotica 

Behalve door wat je eet en door tijd door te brengen in de natuur, is er nog een andere manier waarop je je darmflora kunt sturen. En dat is door middel van probiotica. Probiotica zijn levende bacteriën die je gezondheid bevorderen. Wanneer je nieuw bent in de wereld van de probiotica klinkt het misschien een beetje vies, maar het eten van levende bacteriën is iets van alle tijden. Met probiotica bootsen we na wat vroeger vanzelfsprekend was. Vroeger kwam men door voedsel te verbouwen in grond die rijk was aan micro-organismen, het samenleven met dieren en een gebrek aan sanitair, op dagelijkse basis in aanraking met duizenden verschillende microben. Ook het fermenteren van voedsel met behulp van bacteriën was een van de technieken om voedsel te kunnen bewaren. We zouden dus kunnen stellen dat ons ons lichaam rekent op probiotica, het weet immers niet beter.  

Probiotica zijn er in alle soorten en maten. Ze zitten in voedingssupplementen, maar ook in gefermenteerde voeding zoals rauwe zuurkool, kimchi, kefir, gefermenteerde groentes en yoghurt. 

Omdat elke bacterie zijn eigen specialisaties heeft zal niet ieder persoon baat hebben bij dezelfde probiotica. Door meerdere bacteriën te combineren is de kans op ‘raak schieten’ vanzelfsprekend groter. Verder is het natuurlijk belangrijk om nogmaals te benadrukken dat darmbacteriën worden gevoed met wat wij eten. Ben je van plan om te ontdekken wat probiotica voor jou kunnen doen? Vergeet dan niet om ze in leven te houden met een grote diversiteit van verschillende voedingsmiddelen!

Green Juice: meer dan alleen een groene juice
Green Juice bevat niet alleen twintig verschillende groentes, fruit en kruiden boordevol vitamines, mineralen en bioactieve stoffen. Het bevat tegelijkertijd acht verschillende speciaal geselecteerde probiotica stammen. Aan deze stammen zijn onder andere de volgende gezondheidsvoordelen toegeschreven:

  • Verbetering van klachten bij het prikkelbare darm syndroom (minder buikpijn, gasvorming, winderigheid, betere frequentie en consistentie van ontlasting, kwaliteit van leven), , 
  • Verbetering van psychisch welbevinden (angst, stress)
  • Verbetering van de slaap 
  • Afname atopische dermatitis en allergieën (rhinitis, niezen, neus snuiten, waterige ogen, wattenhoofd) , 
  • Verbetering van metabole gezondheid (cholesterol, triglyceriden, bloedglucosespiegel en lichaamsgewicht), ,
  • Kortere ziekteduur 
  • Mentale flexibiliteit en stemming
  • Reumatoïde artritis (afname insuline, verbetering beta-cel functie, afname ontsteking)

Met Green Juice boost je niet alleen je voedingsstoffeninname, maar zorg je tegelijkertijd voor de dagelijkse ondersteuning van je darmflora. Wat jouw gezondheidsvraag ook is, probiotica lijkt altijd een van de juiste antwoorden. Het is in elk geval het proberen waard! 

Referenties

1 Castela Forte J, Gannamani R, Folkertsma P, Kanthappu S, van Dam S, Wolffenbuttel BHR. A Pilot Study on the Prevalence of Micronutrient Imbalances in a Dutch General Population Cohort and the Effects of a Digital Lifestyle Program. Nutrients. 2022;14(7):1426. 

2 Rinninella E, Cintoni M, Raoul P, Gasbarrini A, Mele MC. Food Additives, Gut Microbiota, and Irritable Bowel Syndrome: A Hidden Track. Int J Environ Res Public Health. 2020;17(23):8816.

3 Miclotte L, Van de Wiele T. Food processing, gut microbiota and the globesity problem. Crit Rev Food Sci Nutr. 2020;60(11):1769-1782.

4 Vich Vila A, Collij V, Sanna S, et al. Impact of commonly used drugs on the composition and metabolic function of the gut microbiota. Nat Commun. 2020;11(1):362.

5 Nobaek S, Johansson ML, Molin G, Ahrné S, Jeppsson B. Alteration of intestinal microflora is associated with reduction in abdominal bloating and pain in patients with irritable bowel syndrome. Am J Gastroenterol. 2000;95(5):1231-1238.  

6 Preston K, Krumian R, Hattner J, de Montigny D, Stewart M, Gaddam S. Lactobacillus acidophilus CL1285, Lactobacillus casei LBC80R and Lactobacillus rhamnosus CLR2 improve quality-of-life and IBS symptoms: a double-blind, randomised, placebo-controlled study. Benef Microbes. 2018;9(5):697-706. 

7 Bonfrate L, Di Palo DM, Celano G, et al. Effects of Bifidobacterium longum BB536 and Lactobacillus rhamnosus HN001 in IBS patients. Eur J Clin Invest. 2020;50(3):e13201.

8 Lew LC, Hor YY, Yusoff NAA, et al. Probiotic Lactobacillus plantarum P8 alleviated stress and anxiety while enhancing memory and cognition in stressed adults: A randomised, double-blind, placebo-controlled study. Clin Nutr. 2019;38(5):2053-2064.

9  Lev S, Hernandez J, Martinez R, Chen A, Plowman G, Schlessinger J. Identification of a novel family of targets of PYK2 related to Drosophila retinal degeneration B (rdgB) protein. Mol Cell Biol. 1999;19(3):2278-2288.

10  Fang Z, Lu W, Zhao J, et al. Probiotics modulate the gut microbiota composition and immune responses in patients with atopic dermatitis: a pilot study [published correction appears in Eur J Nutr. 2021 Dec;60(8):4659]. Eur J Nutr. 2020;59(5):2119-2130.

11Costa DJ, Marteau P, Amouyal M, et al. Efficacy and safety of the probiotic Lactobacillus paracasei LP-33 in allergic rhinitis: a double-blind, randomized, placebo-controlled trial (GA2LEN Study). Eur J Clin Nutr. 2014;68(5):602-607.

12 Noda M, Kanno K, Danshiitsoodol N, Higashikawa F, Sugiyama M. Plant-Derived Lactobacillus paracasei IJH-SONE68 Improves Chronic Allergy Status: A Randomized, Double-Blind, Placebo-Controlled Clinical Trial. Nutrients. 2021;13(11):4022.

13 Neverovskyi A, Chernyavskyi V, Shypulin V, et al. Probiotic Lactobacillus plantarum may reduce cardiovascular risk: An experimental study. ARYA Atheroscler. 2021;17(4):1-10.

14 Sanchez M, Darimont C, Panahi S, et al. Effects of a Diet-Based Weight-Reducing Program with Probiotic Supplementation on Satiety Efficiency, Eating Behaviour Traits, and Psychosocial Behaviours in Obese Individuals. Nutrients. 2017;9(3):284.

15 Shimizu M, Hashiguchi M, Shiga T, Tamura HO, Mochizuki M. Meta-Analysis: Effects of Probiotic Supplementation on Lipid Profiles in Normal to Mildly Hypercholesterolemic Individuals. PLoS One. 2015;10(10):e0139795.

16 Zhao Y, Dong BR, Hao Q. Probiotics for preventing acute upper respiratory tract infections. Cochrane Database Syst Rev. 2022;8(8):CD006895. 

17 Kim CS, Cha L, Sim M, et al. Probiotic Supplementation Improves Cognitive Function and Mood with Changes in Gut Microbiota in Community-Dwelling Older Adults: A Randomized, Double-Blind, Placebo-Controlled, Multicenter Trial. J Gerontol A Biol Sci Med Sci. 2021;76(1):32-40.

18 Zamani B, Golkar HR, Farshbaf S, et al. Clinical and metabolic response to probiotic supplementation in patients with rheumatoid arthritis: a randomized, double-blind, placebo-controlled trial. Int J Rheum Dis. 2016;19(9):869-879.